Amerikanen. Een dom en gevaarlijk volkje. Ze hebben zichzelf te hoog zitten. En ze drinken cola bij hun zogenaamde eten. Hun bier is als de liefde bedrijven in een kano. Fucking close to water. Ze maken met iedereen oorlog en dat alleen maar vanwege hun onlesbare dorst naar olie. Ze hebben geen geschiedenis en geen cultuur. Ze schreeuwen en zijn overreligieus. Van mode hebben ze geen kaas gegeten. Amerikaanse kaas is een soort gesmolten plastic op die vette hamburgers van ze. Ze dragen allemaal een wapen. Ze weten niet eens het verschil tussen Duitsland en het land waar ze Dutch spreken. Ze zijn overdreven en onvriendelijk. Ze zijn asociaal; de gezondheidszorg is er alleen voor mensen die er voor betalen. En Amerikanen zijn allemaal racisten.
Zo, even een rijtje opmerkingen die men wel eens hoort over Amerika. Zoals het wel vaker is met vooroordelen, er klopt geen ene snars meer van als men zich verdiept in de zaak. Het zou te ver gaan, hoewel ik een eind zou komen, om al de hierboven geciteerde opmerkingen over Amerika te gaan weerleggen. Een voorbeeld is misschien wel genoeg. Amerika is deze dagen bezig officieel excuses aan te bieden voor de slavernij en de apartheid. (Het Obamaisme werkt als een tierelier). Ze willen sorry gezegd hebben, zodat ze samen op nieuwe voet verder kunnen. En wij, de vrijdenkende en sociale Nederlanden, weigeren al jaren stelselmatig excuses aan te bieden aan Suriname en Indonesië.
Blijkbaar willen wij geen symbolische streep zetten om samen op nieuwe, goeie voet verder te gaan. Sterker nog, veel van onze landgenoten stemmen tegenwoordig schijnbaar op iemand die de afstand tussen de verschillende bevolkingsgroepen juist vergroot. Het tegenovergestelde dus. Waarom wijzen we toch zo naar alles en iedereen? Waarom zo weinig twijfel over ons eigen land?