Begin juni denk ik vaker dan normaal aan opa. De vader van mijn moeder heb ik het dan over. Hij vertelde mij veel over de oorlog. En begin juni ging het dan vaak over de geallieerde invasie van Normandië, vandaag inmiddels 71 jaar geleden. Hij tekende dan met een stok in het zwarte zand van zijn moestuin de lijn van de Normandische kust. Daarop plantte hij de stok terwijl hij plechtig de namen van de verschillende stranden opnoemde. Utah Beach, Omaha Beach, Gold Beach, Sword Beach, Juno Beach. Hij zei dat ik die namen goed moest onthouden. Poosje terug reed ik door de staat Utah. Daar zag ik dan dus de moestuin van mijn opa voor me. Dat er al kleine peultjes aankwamen. De aardappels stonden er mooi bij. En dat het ook niet te droog moest worden. September vorig jaar was ik een nacht in Omaha, Nebraska. Daar heb ik met een wildvreemde staan praten over dat mijn opa in de moestuin zei dat ik de naam Omaha goed moest onthouden. Die wildvreemde had ook een opa gehad met een moestuin. Die opa had zelf gevochten in Normandië. Vanmorgen was ik vroeg wakker. Het beloofde een mooie dag te worden. Ik heb geen moestuin. Komt misschien nog wel een keer. Moet je aan toe zijn denk ik. Ik ging even naar buiten. Op de blote voeten in het gras. Het was nog best fris. De zon in het gezicht met de ogen dicht. Opeens was het even net of ik weer bij opa en oma in de tuin stond. Ik voelde me een klein jongetje. Ik vroeg aan opa of hij het erg vond dat ik nooit in militaire dienst geweest ben en dat ik ook geen moestuin heb. Maar ik zei dat ik wel in Normandië geweest ben en achtenveertig staten van Amerika bezocht heb. Ik hoorde zijn stem. Heel duidelijk even. Dat het goed was. Ik deed mijn ogen weer open en werd een soort van wakker. Aparte ervaring. Misschien nog half in slaap ofzo. De rest van de dag bleef dat mooie gevoel bij me. Toen ik ’s avonds in slaap viel, zag ik opa’s moestuin weer duidelijk voor me. Het zag er zo mooi, bijna hemels uit. Zonder hem te zien hoorde ik opa duidelijk roepen van achter uit de tuin: ‘wo’j ’n maoltie peulties?’
(Dagblad van het Noorden, 6 juni 2015)