Een vrouw met grijze krullen staat een man met een rode boodschappentas uit te leggen dat een rollegie staat voor het nog opgerolde nieuwe jaar en een kniepertie juist het afgerolde oude jaar symboliseert.
De man trekt even aan de kraag van zijn jas en zegt tegen de vrouw dat hij juist had geleerd dat een kniepertie staat voor het onaangeraakte, nieuwe jaar dat nog opgerold moet worden en dat een rollegie juist symbolisch is voor het oude inmiddels opgerolde jaar.
Ze kwamen er niet uit. Ze hebben nog een poosje staan praten. Ook over beslag of deeg. Over hoe het hoort. Niemand weet precies hoe het hoort, dat is misschien wel zo mooi aan de traditie van deze koekjes. De traditie is de traditie.
In Coevorden waren ze er in 1770 in ieder geval ook al druk mee. De kerkenraad van de Nederduitse kerk aldaar had het uitdelen van knieperties en rollegies verboden. Ze vonden het maar een slecht gebruik dat nieuwjaarslopers zingend en knieperties uitdelend langs de deuren gingen. Dat verbod bracht een woedende menigte op de been. Die bijeenkomst werd ook verboden. Dus op oudjaarsdag belegerde een nog grotere en nog bozere menigte het raadhuis. De ziedende mensen kregen hun zin. Het verbod werd teruggedraaid. Ze mochten weer knieperties bakken. Het jaar 1771 begon goed in Coevorden.
Het jaar 2020 zal ook goed beginnen. We zitten dan een jaar dichter bij wereldvrede. We zitten een jaar dichter bij de redding van de aarde. Een nieuw begin! Het zal weer voorjaar worden en een nieuwe zomer zal ons laten puffen van de hitte. Er zullen oplossingen komen voor problemen die we in 2019 nog niet eens kenden. Er zal gewerkt worden aan een nieuwe manier van stroomopwekking. Slechte mensen zullen gepakt en gestraft worden. Lieve mensen zullen lief blijven. Er zullen weer appelbomen bloeien en we zullen erachter komen dat we soms de boel wat te naïef en te positief bekeken hebben. Maar we blijven erin geloven. Dat is toch ook een traditie? Beste wensen. Het beste wensen. Als er van al die beste wensen ook maar een beetje van het beste werkelijkheid wordt, dan zijn we al een heel eind.
De lelijke dingen laat ik met het oude jaar wegglijden in de dikke mist van het verleden. De waardevolle dingen van 2019 zal ik inlijsten en ophangen in mijn herinneringengalerij. Dan kan ik er later nog eens langs wandelen en met mijn rechterduim op de rechterkant van m’n kin en met de rechterwijsvinger tikkend op de linkerwang er met een scheef oog naar kijken en denken: ‘ja, dat was bijzonder, dat had ik niet willen missen’.
Ik hoor de dreunen al in de verte. De oude Germaansche goden weten weer genoeg. Ze zullen er mal van langs krijgen de komende dagen.
Graag zou ik u, de lezer, een bijzonder fijne jaarwisseling willen wensen. Bij dezen. Maak er wat moois van. Ga ik ook doen. En ondertussen kunnen we het dan nog mooi even hebben over hoe dat zit met die rollegies en knieperties. Opgerold is het oude jaar?
Dagblad van het Noorden, 28 december 2019