Jammer dat het zo moet gaan. We waren zulke goeie vrienden. En nu dit. Maar ja, toe maar. Het was net of jij maar aan het zoeken bleef naar redenen om niet meer met mij om te willen gaan. Dingen waarvan ik zeg: daar hoef je toch niet zo’n groot gedoe om te maken. Helemaal dat schreeuwen en mij uitschelden vond ik wel een beetje ver gaan. We kennen elkaar nu al zo lang.
En nu opeens vind jij mij een achterlijk figuur omdat ik wel eens wild eet. Een haasje of een fazant. Ja, daar hou ik van. En die regel ik via jagers die echt jagen ja. Nou en. Dat is toch geen reden om mij uit te foeteren? Zelf ben je nog geen drie weken veganist. Hoor je mij toch ook niet over?
En hoe je over mijn auto deed, was ook overdreven. Ja, ik heb een auto met een grote motor erin. Ja, is niet per se nodig. Maar wel te gek. En ik heb nu net een jaar mijn rijbewijs. Al die jaren niet gereden. Ik heb wat in te halen, zeg ik wel eens voor de grap.
Maar het milieu is bij jou geen grap. Je kunt niet omgaan met iemand die in zo’n auto rijdt, zeg je. Maar ik ben – of volgens jou dan nu ‘was’ – je vriend! Ik hou van Amerikaanse auto’s, dan kun je dat toch leuk voor me vinden? Maar nee, alleen het feit al dat het Amerikaans is vind jij al reden genoeg om zo tekeer te gaan tegen mij. Ik ben kortzichtig volgens jou. En opeens ben ik je vriend niet meer omdat jij er voor kiest Hamas betrouwbaarder te vinden dan Israël. Je riep dat ik Palestijns bloed aan mijn handen heb omdat ik het waagde te zeggen dat Israël zich op zich best mag verdedigen.
Wat is er toch aan de hand? Je zag er ook heel anders uit de laatste keer. Ik hoop dat we er een keer over kunnen praten. We waren al zo lang vrienden. We kwamen er altijd uit samen. Hier vast ook wel. Ik hoor van je. Oja, groetjes aan je nieuwe vriendin waar je het zo veel over hebt. Lijkt me leuk haar te ontmoeten!
(Dagblad van het Noorden, 12 december 2015)