Als ik op mijn grasmaaier zit, voel ik mij goed. Grasmaaien is te gek. Ik heb er al helemaal een systeem in. De ene keer begin ik aan de ene kant, de andere keer andersom. Op de maaier stromen de gedachten anders door je hoofd dan op een bankje in het bos. Andere dingen. Bijvoorbeeld: had ik misschien boer moeten worden? Het voelt zo goed zo op die maaier, misschien is dat wel mijn roeping, landbouwer zijn. De familie van vaders kant is altijd al boer geweest. Zou maar zo kunnen dat ze, zoals zo veel families in onze streken, vanaf dat mensen gingen boeren (zevenduizend jaar geleden), boer geweest zijn. Misschien zit het gewoon wel in de genen. Vorige week was in ik Canada op de boerderij die een broer van mijn vader ooit begonnen is en nu gerund wordt door mijn neven. Daar zag ik kinderen van die neven op de boerderij werken. Vrolijke, hardwerkende kerels die bijna niet kunnen wachten tot ze later het stokje over kunnen nemen. Mooi om te zien hoe een nieuwe generatie de agrarische traditie voort kan zetten in een land waar je nog echt boer kan zijn.
Maar ja, grasmaaien en boer zijn: nogal een verschilletje. Weet ik heus wel. Ik zit gewoon al grasmaaiende even leuk te fantaseren hoe dat zou zijn.
Als ik onder de appelbomen rijd met de maaier, denk ik even aan tante Mary. Daar zaten we vorige week nog mee aan de koffie. Ze woont al zestig jaar in Canada. Oom Hank en zij hebben samen vanaf nul die hele boerderij opgebouwd. Oom Hank is er helaas niet meer. Maar ik kon hem nog heel goed voor de geest halen daar op de veranda tussen al die mooie bloemen. Het was fijn. Tante Mary bakt nog steeds heerlijke koekjes. En haar ogen stralen nog altijd. Inspirerend om met haar te praten over hoe ze emigreerden destijds, of over het katholieke geloof. Bij het afscheid riep ze me nog na dat ik wel terug moet komen voor ze negentig is. Dat ga ik zeker doen, besluit ik als ik de maaier weer in het schuurtje parkeer.
Ik inspecteer mijn maaiwerk nog even en zie dan pas hoe groen m’n gras eigenlijk is.
(Dagblad van het Noorden, 6 augustus 2016)