Het is nog donker als ik weer in de auto zit. Aan het eind van de nacht is het zelfs in hele grote Amerikaanse steden erg rustig. Zo rijd ik op mijn gemak noordwaarts, richting de bergen. Daar hoop ik de beloofde maansverduistering mee te maken. Bijzonder. De maan komt dan even in de schaduw van de aarde. Als je daar goed over na gaat denken, voelt het even heel gek. Alsof we inderdaad maar op een met lava gevulde stenen bal door de ruimte sjoeven, samen met ontelbaar andere gigantische knikkers en stuiters. Als ik na drie kwartier behoorlijk in de bergen zit, begin ik toch te vermoeden dat ik er niet veel van mee ga krijgen. De maan is van achter de hoge bewolking niet meer dan een vage vlek. Alsof je een zaklantaarn door een slaapzak ziet schijnen. Ik zet de wagen op een mooie rustige plek. Ik kijk hoe laat het is. Nu zou het moeten gebeuren. Maar het wolkendek is nu echt te dik. Ik zie niks. Ik voel wel wat. En in de verte, aan de noordelijke horizon is een gat in de bewolking. Daar zie ik wat oranje licht. Als je daar zou staan, zie je het vast goed. Niet veel later wordt het dag. Ik rij niet eens teleurgesteld richting het noorden en stop drie kwartier later bij een pomp. Daar komen drie pick-uptrucks aanrijden vol met indianen. Natives, is netter gezegd. Ze zijn in een opmerkelijk goede bui en kopen grote blikken Budweiser bier in het winkeltje. Ik vraag een van hen of ze wat te vieren hebben. Hij lacht. Ja, ze hebben net een heilig ritueel gedaan om de maansverduistering op te heffen. Dat doet hun volk al zolang de aarde bestaat, bij elke maansverduistering. Ze drukken met hun gebeden, gezang en gedans, de maan weer terug het licht in. Als ze dat niet zouden doen dan blijft de maan in het duister. En het werkt altijd. Dit keer ook! Als zij dat niet zouden doen, zou de hele wereld met een donkere maan zitten en zou alles in de natuur in het honderd lopen. Wees maar dankbaar en vertel jouw volk maar over ons, knipoogt hij me toe. Ik bedank hem hartelijk en beloof dat ik bij ons over hun goede werk zal vertellen.
(Dagblad van het Noorden, 11 oktober 2014)