Een paar weken terug reed ik vanuit het westen langs eindeloze maïsvelden naar Chicago. Het was nog zeker dik drie uur rijden en de weg werd steeds drukker. Toen het nog twee en half uur rijden was, zag ik geen maïs meer, maar wel af en toe een bedrijventerrein. Het begon op een snelweg in Nederland te lijken. Eigenlijk begon Chicago hier al. Terwijl het nog 2 uur rijden was. Steeds meer bedrijven en distributiecentra. De weg werd steeds breder. De mensen reden jachtiger dan vele mijlen eerder. Vierbaans. Zesbaans. De eerste voorsteden. Eerst nog voorsteden die er wel netjes uitzagen verder. Maar op een gegeven moment zag ik een uur lang alleen maar smerige fabrieken en verloederde wijken. Toen ik het vliegveld voorbij was, doemde in de verte opeens de skyline van Chicago op.
Terug in Nederland zag ik het nog beter. Hoeveel drukker het is dan vijfentwintig jaar geleden. Ja, ook in Drenthe. Al zijn er hier nog zat plekjes te vinden waar het nog mooi rustig en landelijk is. Streekjes die nog zijn zoals Van Gogh ze aantrof. Hopelijk blijven dat soort landschappelijke paradijsjes zo mooi rustig. Maar over het algemeen mogen we toch rustig constateren dat de Randstad één grote stad aan het worden is en heel Nederland in de toekomst gewoon volgebouwd wordt met distributiecentra en voorsteden. Zoals dat is bij elke miljoenenstad. Het is niet tegen te houden. We zitten eigenlijk klem. Het moet groter en meer. Anders wordt het minder. En dat mag en kan schijnbaar niet.
Tenzij er iets ergs gebeurt, een supercrisis of een oorlog of zo, zal het gewoon doorgaan. Wordt heel Nederland een soort distributiegebied voor de rest van Europa. Die plannen zijn er vast. Dat is allang ergens bekokstoofd waarschijnlijk. Prima. Als het mij te druk wordt, dan ga ik wel ergens anders heen. Platteland zal altijd blijven bestaan. Is het niet hier, dan wel uren verderop. Elders wordt het echte platteland steeds rustiger. Veel mensen willen blijkbaar in een stad zijn.
Begrijp me niet verkeerd. Ik ben dol op grote steden. Goed dat die bestaan. Ik vind het heerlijk om er te zijn. De geneugten van een metropool kan ik enorm waarderen. Maar ik kan er niet voor altijd wonen. Ik moet rijden over lege wegen naar m’n plekje waar ik een vuurtje kan stoken in de stilte. Sterren kan kijken in het duister. Wakker kan worden in het groen.
Dagblad van het Noorden, 17 augustus 2024