Op de Es bij Emmen, waar vandaag de dag dieren vanuit de hele wereld te bewonderen zijn, waren duizend jaar geleden jonge kerels al weken bezig geweest met takken sjouwen. Ze bouwden hun traditionele voorjaarsvuur. Zolang de mensen zich konden heugen was er al op deze plek, aan het begin van het voorjaar zo’n vuur gebouwd. Om te vieren dat de winter voorbij was. Om de Saksische Godin Ostara te behagen. En om het vee door de rook te drijven zodat kwade geesten en ziektes verdreven werden.
Precies op de juiste dag, precies als de zon onderging, werd het vuur aangestoken. Het hele dorp stond er met de kop warm en de rug koud naar te kijken. Er werden grappen gemaakt en verhalen verteld. Jonge kerels pakten brandende stokken uit het vuur, doofden die in de koude grond en maakten hun handen zwart met de houtskool. Met die zwarte handen, veegden ze langs de wangen van hun lievelingsmeisje, voor verbinding en vruchtbaarheid. Vaders sprongen over brandende takken om voorspoed af te dwingen. Moeders pakten wat gedoofd houtskool om aan het eind van de avond mee terug te nemen naar de boerderij als afweermiddel tegen blikseminslag. Altijd hadden ze in het voorjaar daar met het hele dorp rond het vuur gestaan. Elk jaar weer.
Toch was het dit jaar anders. Er was onrust. Er was iets aan de hand. Er gingen verhalen rond over dat er in andere streken vreemde mannen in bruine gewaden waren gekomen die met hulp van soldaten alles wilden veranderen. De mensen daar hadden hun Goden op moeten geven in ruil voor één God. Ook moesten ze daar opeens een deel van hun oogst afdragen aan een soort koning die in een stad woonde, heel ver weg. De mensen op de Emmer Es namen zich voor dat ze hun tradities nooit zouden opgeven. Niets zou hun tegenhouden om in het voorjaar Ostara te vereren. Sommige mannen schreeuwden dat die soldaten en die mannen in lange bruine gewaden maar eens even langs moesten komen. Daar zouden ze wel eens even mal mee afrekenen! Maar de meeste mensen haalden hun schouders op en dachten dat het allemaal wel mee zou vallen.
(Dagblad van het Noorden, 15 april 2017)