Het fluitekruid is wederom omhooggeschoten tussen het verse, sappige gras. De veldjes, bermen en slootkanten staan er bij alsof het nooit winter geweest is. Boterbloempjes glimmen vettig in het heldere zonlicht. Wat mij betreft is de mooiste periode van het jaar begonnen. Elk jaar weer raakt deze groene weelde mij diep. Als je de auto’s en de wegen, de vliegtuigen en andere drukte wegdenkt, waan je je in het paradijs. Gelukkig wonen wij hier in streken waar het nog mooi rustig kan zijn.
Maar dan nog. Hoe mooi moet het wel niet geweest zijn toen er nog niet zoveel mensen waren? Een beetje zoals het een paar honderd jaar terug geweest moet zijn. Vóór de uitvinding van de stoommachine. Mensen bouwden een onderdak van materiaal uit de natuur. Alle kleuren gingen in elkaar over. Het moet een prachtig gezicht geweest zijn. Steden en dorpen lagen toen nog in de natuur.
Wij regelen nu wat natuur om ons heen, om in te recreëren. Want blijkbaar willen we af en toe toch nog terug naar die natuurlijke omstandigheden van ooit. Dat is voor velen ook een reden om er op uit te trekken in de vrije tijd. De ongerepte natuur in. Wat is dat? Terug naar het paradijs? Zit er diep in ons een soort verlangen naar de beginjaren van de mensheid, toen we nog onbezorgd in een paradijs leefden waar alles goed was? Of is het andersom? Dat we diep van binnen verlangen naar een plek waar je geen zorgen hoeft te hebben. Waar je water uit de rivier kunt drinken. Waar genoeg zalig eten is voor iedereen. Waar het nooit te warm of te koud is. En vrede. Misschien is dat wel de hemel. Bedacht door de mens. Een plek waar alles is, behalve alle ellende die we op aarde tegen kunnen komen.
Misschien bestaat de hemel wel echt. Misschien bestaat het aardse paradijs ook wel echt. Als ik zo uit het raam kijk zie ik een klein stukje zelfgemaakt paradijs. Als ik aan overleden dierbaren denk, zie ik ze glimlachend rondlopen in mijn zelfbedachte paradijs. De ultieme plek om te zijn. Een mens is onbewust altijd bezig om dat paradijs te vinden. En terwijl we er naar zoeken, maken we er ondertussen in het echt vaak een zootje van.
(Dagblad van het Noorden, 14 mei 2016)