De witte was draait. Ik heb al een dikke spin van de keukenmuur gehaald met een groot glas en een papiertje, en naar buiten gegooid. Ciao motherfucker.
De zon komt op boven Klazienaveen. Dat gaat snel. Nog niet zo lang geleden kwam hij op boven Weiteveen. Het wordt nu echt voorjaar.
Is de zon eigenlijk wel mannelijk? De zon, hij komt op? De maan is vrouwelijk. De maan, haar licht is slechts reflectie. In het Nedersaksisch is de maan niet vrouwelijk trouwens. ‘Mien zuster zien auto’. Ach, ik heb niet eens een zuster, dus waar heb ik het over.
Ik lees het nieuws. Ik merk dat ik steeds vaker bepaalde berichten oversla omdat ik denk dat het niet klopt. Sensatieberichten blijken vaak later weer anders te zijn. Daarom probeer ik zoveel mogelijk verschillende nieuwsbronnen te bekijken. En dan zelf maar een beeld proberen te maken.
Wat moet je anders? Geloven wat ze zeggen? Nee. Altijd blijven denken: is dat wel zo? Wat wel tot gevolg kan hebben dat je dan te veel ziet en het wereldbeeld te duister wordt. En dat moeten we ook niet hebben. Het christelijke ‘moeten lijden’ heeft z’n grenzen wat mij betreft. De wereld gaat kapot en alles wat er misgaat is onze schuld. ‘Door mijn grote, grote schuld.’
Het zit er diep in bij de meeste mensen. Zelfs, of juist bij de mensen die er zo graag mee te koop lopen dat religie heel slecht is. Ik besluit vandaag het nieuws niet verder te volgen. Heb wel wat anders te doen. Even de keuken schoonmaken bijvoorbeeld.
Zo, de keuken is weer netjes. Ik kijk tevreden naar de mooie vogeltjes buiten. Soms is het net of ze naar je knipogen. Ik knipoog altijd terug. Stel dat ze wel echt naar je knipogen en dat later blijkt dat hemel en aarde om vogels draait en niet om de mens, en dat je in een hemel komt waar vogels de baas zijn.
Sta je daar bij de ingang. Niet Petrus maar een mooie arend moet je binnenlaten. En dan vraagt hij waarom je nooit terug knipoogde naar de vogels op aarde. Dat moeten we niet hebben.
Nee. Kijk, daar ga ik weer. Weer religie. Moet meer in het nu leven van mezelf. Meer op het weer letten bijvoorbeeld.Dit weer, op dit tijdstip, doet me denken aan de brugklas. Wat vond ik het fijn om naar Emmen te fietsen. Een nieuwe wereld. Een nieuwe tijd.
Toen ben ik met blokletters gaan schrijven. Toen ben ik gaan dromen over nog verder weg. En hoe kleiner sommige onderwijzers me probeerden te houden, hoe sterker ik werd. Eigenlijk moet ik ze dankbaar zijn. Ja, ik moet ophouden die bepaalde leraren dingen te verwijten.
Heb je niks aan. Weg ermee.
Toch snel even op mijn telefoon kijken of er nog wat gebeurd is in de wereld. Ja, ik zou het nieuws vandaag niet verder volgen. Maar toch steeds weer op de telefoon kijken. Steeds. Ik zet ’m uit. Voor de rest van de dag. Een nieuwe dag! De witte was is klaar.
Dagblad van het Noorden, 30 maart 2019